Nieuws
Accell: 'Fietsen lichter en comfortabeler’
Wednesday 13 December, 2006
De Accell Group, met de bekende Nederlandse merken Batavus, Sparta, Koga-Miyata en Loekie en met het Duitse merk Hercules, is een van de zeldzame beursgenoteerde fietsenfabrikanten ter wereld. Martin Vroon, redacteur van Effect (nummer 22-2006) had een interview met bestuursvoorzitter René Takens. Fietsen, fietsonderdelen en fitnessapparatuur blijken de 'hoofdsegmenten' van de groep. Takens wil uitbreiden in Spanje en Italië. Hij wil niets loslaten over het marktaandeel van Accell in Nederland, maar Gazelle blijkt wel de belangrijkste concurrent. Productie wordt overgeplaatst naar Hongarije. We citeren (en selecteren) uit het lange interview. Groei omzet en winstTakens is tevreden over de groei van de omzet en de winst van de Accell-groep. "Accell, met als eerste bedrijf Batavus, is op 1 oktober 1998 ontstaan na een afsplitsing van de fietsendivisie van de Atag-groep. Sinds die tijd is de omzet met 300 procent en de winst met 500 procent gestegen. De koers heeft die ontwikkelingen gevolgd. Destijds was het resultaat veel minder goed. Daar komt bij dat de koers-winstverhouding omhoog is gegaan van zo’n 7 in 2003 naar 12 nu".
Marktaandeel in Nederland Over het marktaandeel in Nederland wil hij niets loslaten "want als wij onze resultaten openbaar maken, kijkt de concurrentie natuurlijk maar wat graag mee. En als ik percentages noem denken onze klanten dat ze veel te veel betalen en onze leveranciers dat ze te weinig krijgen. Terwijl een nettorendement van 4 procent toch zeker niet veel is."
AfzetHet fietsseizoen kent een ander ritme dan de jaartelling en loopt van september tot september. Daarna begin het nieuwe seizoen met de presentatie van nieuwe modellen aan de vakhandel. Van oktober tot februari zijn de verkopen veel lager dan in de daaropvolgende maanden. Daarna beginnen de verkopen met de nieuwe modellen. In het algemeen kan men zeggen, dat de Accell-groep vervolgens in de eerste helft van het nieuwe jaar veel meer fietsen verkoopt dan in de tweede helft.
FietsenmarktTakens over zijn verschillende merken: "Elk merk heeft zijn eigen positionering. Zo is Batavus een merk voor de hele familie, terwijl Koga vooral (luxe) sport- en racefietsen maakt. We doen veel consumentenonderzoek, vragen aan kinderen wat ze willen, gaan met groepen mensen praten over hun wensen. In Nederland is Gazelle de grote concurrent. We maken nu zo’n één miljoen fietsen per jaar." Kwam omzet is daarmee Accell de nummer 1 in Europa. Tadens: "Ja, in omzet, niet in aantallen. Er zijn in Oost-Europa producenten die grote hoeveelheden goedkope modellen op de markt brengen. In de wereld zijn alleen het Taiwanese Giant en het Amerikaanse Trek groter qua omzet, ik denk twee keer zo groot."
Sterke merkenAccell blijkt niet de amibtie te hebben om de grootste te worden. Takens: 'Onze schaalgrootte is zeker voldoende om te kunnen opereren, wij kunnen goed leven van onze sterke merken. We hebben oude merken, zoals Batavus, dat al meer dan honderd jaar bestaat, en het Duitse merk Hercules, dat al meer dan 120 jaar bestaat. De fiets bestaat overigens al 130 jaar." Daarbij zijn de stadsfiets en de toerfiets veruit het belangrijkst. "In Nederland is de markt voor mountainbikes vrij klein, de stadsfiets en de toerfiets maken 80 procent van de omzet uit. In de meeste andere landen wordt de fiets meestal recreatief gebruikt, voor zo’n 80 procent. In Nederland, met z’n kleine afstanden, is de fiets bij uitstek een vervoermiddel. In Nederland is de fietsdichtheid trouwens de hoogste in de wereld, met 1,1 fiets per inwoner. Daarmee is Nederland veruit koploper. Wel is het natuurlijk zo dat er in absolute aantallen in Duitsland meer fietsen worden verkocht, vier miljoen tegen 1,1 miljoen per jaar in Nederland. In Nederland zijn er relatief veel mensen die veel geld voor een fiets overhebben."
Afhankelijkheid Nederlandse marktVan een te sterke afhankelijkheid van de Nederlandse fietsenmarkt wil Takens niet weten. "Van onze omzet komt 49 procent uit Nederland, maar dat is geen probleem, want we hebben een breed scala aan merken en producten, zoals ook fietsonderdelen en fitnessapparatuur. Als er meer behoefte zou zijn aan goedkopere fietsen kunnen we daar ook op inspelen. Ook in Nederland groeien we autonoom; we groeien in een stabiele markt, winnen dus marktaandeel. Maar het is waar, de hoge groei komt niet uit Nederland, al is er natuurlijk ook een grote vervangingsmarkt. Mensen hebben een oud product, de fiets gaat kapot of ze willen een mooiere fiets, er is altijd vervanging."
OvernamesDe grote groei voor het concern moet echter uit overname komen. Takens: "In Spanje en Italië zouden we wel meer willen zitten. Daar zouden we een bedrijf willen kopen. Of ik al iets op het oog heb? Nou, we kennen alle bedrijven die in aanmerking komen. Maar acquisities zijn moeilijk te plannen. We hebben een longlist van mogelijkheden". Hij zegt positief te zijn over de laatste overname, het Amerikaanse familiebedrijd Seattle Bike Supply (SBS). "Ja, SBS doet het prima. We hebben direct in SBS geïnvesteerd, want dat deed de familie niet meer. Op de jaarlijkse fietsenbeurs in de Verenigde Staten is de nieuwe collectie van SBS enthousiast ontvangen. Nee, we zien het nog niet in de aantallen, in de omzetten. Maar de huidige cijfers van SBS zijn goed, vooralsnog lijkt het er op dat we zeker niet te veel betaald hebben. In de Verenigde Staten worden veel mountainbikes en racefietsen verkocht. De EU is als markt groter met 25 miljoen verkochte fietsen per jaar, maar in de Verenigde Staten is het toch ook al 20 miljoen."
China en Oost-EuropaLast van de goedkope fietsen uit China heeft Accell volgens de bestuursvoorzitter niet. "Wij leveren niet de fietsen van 50 tot 60 euro. Die komen inderdaad uit China en uit Oost-Europa. Maar dat is geen concurrentie voor iemand die bereid is 1.000 euro te betalen voor een Koga, dat is een heel ander product. Nee, we merken er eigenlijk nauwelijks iets van. Ja, als je een recent CBS-persbericht leest, dan ziet het er anders uit. Het CBS meldde dat in 2005 1 miljoen fietsen in Nederland zijn geïmporteerd, waarvan 650.000 van Aziatische makelij. Maar het CBS was even vergeten dat Nederland de belangrijkste haven van Europa heeft. Via Rotterdam komen veel fietsen binnen die direct na binnenkomst weer worden geëxporteerd naar andere Europese landen, waar ze uiteindelijk op de markt worden gebracht."
Verplaatsing productie naar HongarijeOm de kosten te drukken zou Accell de productie naar Polen of Hongarije kunnen verplaatsen. Takens: "Nederland is inderdaad duur om fietsen te produceren. Maar een vertrek uit Nederland is niet aan de orde. Hier een fabriek sluiten is ook te duur. Daarover praten is niet meer dan een zinloze exercitie die alleen maar erg veel onrust onder het personeel heeft opgeleverd. Trouwens: een dure fiets wordt 1 op 1 afgemonteerd, dus dat moet niet ver weg gebeuren. Het hoogwaardige segment, zoals van Batavus en Koga, moet dicht bij de markt gebeuren. En zeker Nederland, zo’n specifiek fietsland, daar willen we het sowieso dicht bij de markt doen. Ver weg produceren is overigens alleen interessant voor grotere series fietsen. Maar als we uitbreiden, doen we dat in Hongarije. We hebben de productie in Finland al overgeheveld naar Hongarije, in Duitsland deels en de productie vanuit Frankrijk gaat ook naar Hongarije."
Comfortabel en lichterOver de toekomst van de fiets ontvouwt Takens ook enkele gedachten. "In onze plannen proberen we vijf jaar vooruit te kijken. Voordat je een nieuwe fiets hebt ontworpen, getest en op de markt gebracht, gaat er toch gauw 1 à 2 jaar overheen. Fietsen met motoren, trapondersteuning, bedoeld voor mensen die iets minder gezond zijn of gewoon voor het gemak, dat is de toekomst, zeker met de toenemende vergrijzing. Comfortabel fietsen blijft een thema, met betere zadels en banden. En natuurlijk ook veiligheid en verlichting. Fietsen zullen in de toekomst ook lichter worden, niet alleen racefietsen, maar ook gewone. Dat kan met carbon in plaats van staal."